Misvattingen | Symptomen | Risicofactoren | Onderzoeken | Tips

Misvattingen

Vele verontrustende misvattingen rond kraambedpsychose moeten worden verteld om duidelijk te maken hoe het daadwerkelijk zit. Lees hier de meest belangrijke:


Misvatting 1: Postpartum depressie en kraambedpsychose zijn hetzelfde

Deze twee diagnoses kunnen weliswaar beiden na de bevalling ontstaan, maar zijn totaal verschillend. Het belangrijkste verschil is dat een moeder met kraambedpsychose het contact met de werkelijkheid verliest en een moeder met een postpartum depressie niet. Een postpartum depressie kan vele oorzaken hebben, bij een kraambedpsychose ligt de oorzaak in een ontregeld immuunsysteem.


Misvatting 2: Kraambedpsychose wordt veroorzaakt door trauma

Hoewel over dit onderwerp vaak wordt gesproken als mogelijke oorzaak, is uit onderzoek uit het Erasmus MC gebleken dat een ontregeld immuunsysteem de oorzaak is voor het ontwikkelen van een psychose na de bevalling. Als een vrouw zwanger wordt, zorgt het immuunsysteem ervoor dat de baby niet afgestoten wordt. Na de bevalling gaat het systeem zich omkeren. Juist in die fase gaat het mis en raakt de moeder verward. Het kan zijn dat eventueel onderliggend trauma van invloed is op het immuunsysteem, maar daar is geen bewijs voor.


Misvatting 3: Deze moeders verzorgen zichzelf slecht

Vaak wordt gedacht dat moeders slecht voor zichzelf zorgen doordat ze geen grenzen stellen en zichzelf eindeloos wegcijferen. Onderdrukte frustraties zouden ontaarden in een kraambedpsychose. Dit is absoluut onjuist.


Misvatting 4: Het zijn moeders die drugs gebruiken

Een psychose wordt vaak gerelateerd aan drugsgebruik, terwijl er ook andere oorzaken zijn die het kunnen triggeren. Denk maar aan een burnout, de overgang, verkeerd medicijngebruik, een hersentumor, de puberteit en langdurig slecht slapen. Hierdoor beseffen veel mensen niet dat een psychose iets is wat iedereen kan overkomen. Kraambedpsychose kan niet gerelateerd worden aan drugs.


Misvatting 5: Deze moeders houden niet van hun kindje

De vraag 'Hield je dan niet van je baby?' is aan mij weleens gesteld. Ik leg dan uit dat het niets te maken heeft met wat een moeder voelt. Moeders ervaren de realiteit tijdens een psychose heel anders en zijn er totaal niet mee bezig of ze al dan niet van hun kindje houden. Dit komt omdat zintuigen verstoord raken en emoties uitgeschakeld lijken te worden.


Misvatting 6: Deze moeders zijn eng en gevaarlijk

Moeders die te maken krijgen met een psychotische ervaring nemen een andere realiteit waar. Ze willen hun kindje beschermen tegen ingebeeld gevaar, denken dat hun kindje de duivel is of hebben het idee dat ze kunnen vliegen. De waarneming van de realiteit is aangetast. Hierdoor kan een gevaarlijke situatie ontstaan. Besef dat een moeder met deze klachten echt hulp nodig heeft.


Misvatting 7: Zulke moeders zijn voor altijd gek

Kraambedpsychose is een tijdelijk toestand waar een moeder in terechtkomt. Als de juiste behandeling ingezet wordt, kan de moeder er weer helemaal bovenop komen. Voor veel moeders is het een eenmalige gebeurtenis. Zij kunnen nadien de draad van hun leven weer oppakken.


Misvatting 8: Een moeder kan hierdoor de voogdij over haar kinderen verliezen

Een grote angst van moeders is het idee dat hun kinderen van hun afgenomen zullen worden wanneer ze worden opgenomen. Ze zijn bang om als onbekwaam bevonden te worden. Een professionele hulpverlener weet dat dit een tijdelijke situatie is en het heeft dus niets te maken met de bekwaamheid als moeder.


Misvatting 9: Het zijn geen ​​goede moeders

Hoeveel de moeder van haar kindje houdt of dat ze niet in staat is om een goede moeder te zijn, staat helemaal los van deze aandoening. Om het hechtingsproces te bevorderen, zal daarom vaak gekozen worden om moeder en kind samen op te nemen. Zodra de moeder gestabiliseerd is, kan ze weer terug naar huis.


Misvatting 10: Deze moeders hebben een psychiatrisch verleden

Hoewel het ontwikkelen van een psychose na de bevalling te maken kan hebben met een bipolaire stoornis, een auto-immuunziekte of een eerder doorgemaakte psychose, is het voor de meeste moeders de eerste keer dat ze te maken krijgen met psychische klachten. Het karakter van de moeder heeft geen invloed op het al dan niet krijgen van psychotische klachten, net zomin als sociale klasse of leefwijze dat heeft. Juist door deze onjuiste gedachten en aannames kunnen moeders gestigmatiseerd worden. Het is een aandoening die over het algemeen van tijdelijke aard is.


Misvatting 11: Deze moeders hebben een bipolaire stoornis

In het verleden kregen moeders die na een bevalling psychotisch werden, automatisch de diagnose bipolaire stoornis. Het betekende voor veel moeders de rest van hun leven medicatie om in balans te blijven. Daar is - door onderzoeken van het Erasmus MC - verandering in gekomen. Het bleek dat niet alle moeders een bipolaire stoornis hadden, maar alleen een gevoeligheid voor psychose of manie hebben tijdens de kraamtijd. Mogelijk komt dit door de veranderingen in hormonen en het immuunsysteem tijdens die periode.


Voor sommige moeders kan dit dus in drie opzichten goed nieuws zijn:

1. Het kan een eenmalige periode van onbalans zijn;
2. Er hoeft niet meer levenslang medicatie ingenomen te worden;
3. Wanneer blijkt dat vrouwen stabiel blijven na afbouwen van medicatie, dan hoeft de moeder tijdens een volgende zwangerschap geen medicatie te nemen.


Voor kraambedpsychose wordt een termijn gehanteerd van 6 weken na de bevalling. Meestal treden de eerste klachten binnen 2 weken op. Dat is de termijn dat de omkering van het immuunsysteem zich voltrekt.


Wil je meer weten, lees dan hier meer over Diagnostiek, Behandeling en Preventie.

Deze tekst is op 3 maart 2016 geschreven door Karin den Oudsten. Door het Erasmus MC is ze in de nazorg aangemerkt als contactpersoon voor moeders die met psychotische klachten na een bevalling te maken krijgen. Op 22 maart 2016 is de tekst aangepast en punt 2 toegevoegd naar aanleiding van informatie over trauma. Op 29 juni 2016 is punt 12 toegevoegd. Op 2 februari 2017 is de tekst aangepast vanuit het advies van psychiater Veerle Bergink.

Psychiatrie Erasmus MC

(0031) 10 - 704 01 39